Ubuntu: de belangrijkste terminalopdrachten in één oogopslag
In deze praktische tip presenteren we de belangrijkste terminalopdrachten voor Ubuntu.
Basic terminal-opdrachten voor Linux
- U hebt regelmatig de opdracht "cd" nodig. Met deze opdracht kunt u overschakelen naar de respectieve werkmap. Voer bijvoorbeeld "cd desk" in om naar het bureaublad te schakelen.
- Vooral belangrijk: als u een programma in de terminal wilt starten, typt u de programmanaam. Voor bepaalde programma's zijn echter vaak beheerdersrechten nodig. Voeg vervolgens "sudo" toe voor de programmanaam.
- Als u hulp nodig hebt met opdrachten, zal de opdracht "man" u helpen. Geef na de opdracht man de opdracht of het programma waarover u meer informatie nodig hebt. De relevante handmatige invoer wordt dan weergegeven.
- Gebruik de opdracht "ls" om alle bestanden in de map weer te geven waarin u zich bevindt.
- De opdracht "ontkoppelen" verwijdert de bestanden die u na de opdracht opgeeft.
Andere opdrachten voor de Linux-console
- Als de pc staakt, kan het ook nodig zijn om de computer af te sluiten vanaf de terminal. Voer hiertoe de opdracht "afsluiten" in.
- "ifconfig" informeert u over uw netwerkapparaten en uw huidige internetadressen.
- Bestaande netwerkverbindingen kunnen worden gevonden met behulp van de opdracht "netstat".
- Bijna legendarisch: de opdracht "ping". Met deze opdracht controleert u de toegankelijkheid van een andere computer in uw netwerk.
In een ander artikel leggen we ook uit hoe u programma's installeert via de terminal.