Don't Starve: Hoe de winter te overleven
In deze praktische tip vertellen we je alles over de winter in het survivalspel "Don't Starve". Vanaf de 21e dag wordt het koud en als je slecht voorbereid bent, overleef je de winter niet.
De winter komt eraan
Er zijn slechts twee seizoenen in "Don't Starve": zomer en winter. Hoewel je 'alleen' bang moet zijn voor honger en gevaarlijke wezens in de zomer, moet je je warm kleden in de winter.
- De winter begint op de 21e dag en duurt 15 dagen.
- De temperatuur daalt tot een minimum in de winter en de nachten duren langer.
- Als je te lang onbeschermd in de kou blijft, verlies je levenspunten. Fakkels geven je na een tijdje geen warmte en bevriezen.
- Nieuwe wezens verschijnen, zoals berghazen, sneeuwvogels en blauwe honden. Pinguïns en walrussen maken het je ook moeilijk.
- De planten op uw boerderij groeien 25% langzamer.
Hoe de winter te overleven
Om de 15 dagen van kou te overleven, is het raadzaam om vooraf bepaalde voorzorgsmaatregelen te nemen.
- Verzamel voldoende hout en voedsel in de zomer.
- Kampvuren helpen je om niet dood te vriezen. Een warmtesteen die je in het wild kunt vinden, houdt je ook een tijdje warm.
- Als je het karakter Wilson hebt, kun je je baard laten groeien. Hoe langer het is, hoe warmer het je zal houden. Kleding houdt je ook warm.
- Bessen en andere planten groeien langzamer. Dus ga op jacht naar vlees.
- Plant struiken en bomen in de buurt van je basis, zodat je niet te ver door de wildernis hoeft te lopen als je ooit iets nodig hebt.
Je hebt 21 dagen om je op de winter voor te bereiden. Gebruik deze tijd en je zult het koude seizoen overleven. Meer tips over Don't Starve vind je hier.